Fijnspar
Fijnspar is een conifeer uit de Pinaceae familie en het geslacht Spar (Picea) en er staan 17 verschillende soorten in onze plantengids.
De kleur van de bladeren is groen, deze conifeer is wintergroen en de volwassen hoogte ligt tussen de 50 centimeter en 20 meter.
Gebruik de onderstaande links om snel door te gaan naar specifieke informatie op deze pagina:
Fijnspar online bestellen
Fijnspar snoeien: wanneer & hoe
De kroon van de fijnspar is kegelvormig en smal. De sparren die uit lager gelegen gebieden komen hebben vaak een bredere kroon, aangezien daar minder zware sneeuwlast is. De takken gaan een beetje hangen bij oudere bomen.
Het regelmatig snoeien van een fijnspar is niet nodig. Daarnaast hoeven de onderste takken van de fijnspar niet verwijderd te worden. De fijnspar is namelijk attractiever met takken die tot vlak boven de grond komen.
Fijnspar verzorging & onderhoud
De fijnspar ontwikkelt zich door de jaren heen. Dit is te zien aan dat ieder jaar de hoge naaldboom een horizontale afstaande takkenkrans aanlegt. Tussen die takkenkrans vormen steeds kleinere zijtakken.
De bloeitijd van de fijnspar is van april tot mei. De hoge naaldboom kan zowel in de volle zon als in de schaduw staan. Licht van alle kanten zorgt er echter wel voor dat er een mooie vorm ontstaat bij de fijnspar. De fijnspar is ook winterhard.
Fijnspar planten: wanneer & hoe
Denkt u eraan om een fijnspar te planten? Kies dan een goede plek uit, zoals hierboven benoemd, een plek in halfschaduw tot volle zon. Daarnaast is het belangrijk dat de plek een bodem heeft die eerder zuur dan neutraal is, licht vochtig en matig voedselrijk is. Een lichte zandgrond of een leemgrond kan een bodemtype zijn voor de fijnspar.
Het beste moment om een fijnspar te planten is wanneer die in volle grond is gekweekt en als die tijdens vegetatie rust. Een ander woord voor vegetatie is begroeiing, oftewel een rust van groei in de planten wordt verstaan onder vegetatie rust. Met kuit kan de fijnspar het best geplant worden, in Nederland vanaf half november tot eind april.
De temperaturen die het voorjaar en de herfst hebben spelen een grote rol in de groei van de fijnspar. De groei van de fijnspar is vrij snel, de plant bereikt uiteindelijk een hoogte van 25 tot 35 (50) meter.
Fijnspar stekken & vermeerderen
De fijnspar kan vermeerderd worden door te knippen. Het laten groeien van de wortels voor de fijnspar is vrij moeilijk. Dit betekent dat de keuze voor stekken erg belangrijk is. De keuze voor robuuste, eenjarige takken is het beste. In de zomer knipt u er dan 10 tot 20 centimeter vanaf. Vervolgens dompelt u ze een tijdje in een bewortelingsoplossing.
Daarna is het de bedoeling om ze in een gesteriliseerde en bevochtigde grond te steken. De takken moeten 20 tot 30 centimeter uit elkaar gehouden worden en de grond moet vochtig blijven. Rooten de wortels flink? Plant ze dan volgend jaar in het vroege voorjaar buiten.
Fijnspar ziekten
De fijnspar heeft een beetje weerstand tegen ziekten en plagen, maar niet erg veel. Om die reden is het belangrijk dat de grond voor het planten gesteriliseerd wordt en gedraineerd tijdens het regenseizoen.
De roestziekte is een ziekte die voor kan komen bij de fijnspar. De terminale koproestziekte is simpelweg een schimmel, die vooral voorkomt in de zomer. De eind- en zijknoppen van jonge bomen worden geschaad en de eindknoppen kunnen zwartachtig bruin worden, vervormen of door uitdroging afsterven.
De volgende ziekte die vrij vaak voorkomt, is demping, ook dit is een schimmelziekte. Deze ziekte komt vooral voor in de zomer. Voornamelijk jonge bomen hebben kans op schade. De wortels rotten, bladeren zullen verdorren en uiteindelijk kunnen de bomen sterven als de ziekte blijft.
De laatst veel voorkomende ziekte is de longicorns. Deze ziekte zorgt voor boringen in een boomstronk. Dit komt door de larven van de longicorn. Ze knagen aan het hout en de volwassen voeden zich met de bladeren van de boom. De boom wordt door deze ziekte verzwakt. In extreme omstandigheden kunnen bomen ook afsterven en introduceren ook andere ziekten en plagen.
Plagen en ziekten die niet vaak voorkomen, maar wel kunnen voorkomen bij de fijnspar zijn; wortelrot, pine motten en bladluizen.
Fijnspar soorten
Bekijk hieronder een overzicht van de verschillende soorten van de Fijnspar en klik op de namen voor meer informatie over een specifieke soort.
