Haagbeuk is een boom uit de Betulaceae familie en het geslacht Carpinus en er staan 2 verschillende soorten in onze plantengids.
De kleur van de bladeren is groen, deze boom is niet wintergroen en de volwassen hoogte ligt tussen de 10 meter en 15 meter.
Gebruik de onderstaande links om snel door te gaan naar specifieke informatie op deze pagina:
Een haagbeuk kan mooi alleen groeien, maar is ook schitterend als haag. U kunt de boom weelderig laten groeien, maar ook strak in vorm knippen. Eenmaal per jaar de haagbeuk snoeien is meestal wel voldoende. Wilt u de haag extra netjes hebben, dan kunt u uiteraard meerdere keren per jaar de haagbeuk snoeien. Echt nodig is het niet.
Wanneer de haagbeuk snoeien? U kunt in principe op elk moment van het jaar de haagbeuk snoeien. U dient echter wel op te passen bij nachtvorst en felle zon. De boom heeft tijdens vorst al genoeg moeite om te herstellen en als deze dan door het snoeien licht beschadigd raakt, is dat een extra ongemak. Dit geldt ook bij felle zon, omdat beschadigde takken van invloed kunnen zijn op de bladproductie. Uiteindelijk zal de haagbeuk altijd herstellen, maar voorkomen is beter dan genezen. Vaak wordt aangeraden om in het voorjaar, in ieder geval voor de langste dag op 21 juni, de haagbeuk te snoeien. Wilt u drastisch snoeien? Doe dit tijdens de winterperiode, omdat de haagbeuk dan in rust is.
Wilt u van de haagbeuk een mooie, volle haag creëren? Begin dan vroeg met het snoeien. Elke plek die u afknipt, zal vertakken. U krijgt dan snel een dichte haag. Bij een volgroeide haagbeuk snoeit u uitstekende takken weg. Zorg er altijd voor dat de bovenkant smaller is dan de onderkant, zodat het zonlicht ook naar onderkant door kan dringen. Snoei nooit tot op de stam, omdat dan de kans bestaat dat de boom niet meer uitloopt. Gebruik voor het snoeien van de haagbeuk scherp gereedschap, bijvoorbeeld een snoeischaar of elektrische heggenschaar. Wees wel voorzichtig met laatstgenoemde.
Naast het snoeien heeft de haagbeuk weinig verzorging nodig. De boom gedijt goed op nagenoeg elke grondsoort. Ook een wat vochtige bodem vormt voor de haagbeuk geen probleem. Zorg er wel voor dat te veel water weg kan lopen. Als de grond in uw tuin van nature niet zo vruchtbaar is, kan het verstandig zijn om deze af en toe te bemesten. Zeker als er meerdere planten of bomen dicht bij elkaar staan. Deze onttrekken veel voedingsstoffen aan de bodem. Door de grond extra te bemesten, weet u zeker dat de haagbeuk genoeg voedingsstoffen binnenkrijgt en optimaal kan groeien.
Geef de beuk altijd water rondom de stam en bij voorkeur tijdens schaduw om verbranding en verdroging te voorkomen. Vooral in het eerste jaar dient u regelmatig water te geven. Verder stelt de boom weinig eisen aan onderhoud. Het verzorgen van de haagbeuk zit hem vooral in het snoeien. De haagbeuk is goed winterhard, betrekkelijk makkelijk in gebruik en is daardoor uitermate geschikt voor zowel de beginnende als gevorderde tuinier. U wordt al snel beloond met een gezonde, sterke boom voor slechts een klein beetje moeite.
U kunt het beste in de winterperiode een haagbeuk planten. Tussen oktober en maart zijn de wortels in rust en hebben dan het minste risico op beschadigingen. Uiteraard mag de grond niet bevroren zijn. Voor de standplaats stelt de haagbeuk eveneens geen bijzondere eisen. Zon, halfschaduw of schaduw, de haagbeuk kan overal staan.
Een haagbeuk planten is zeker geen ingewikkelde klus. U graaft een gat van ongeveer dertig centimeter diep en vijfentwintig centimeter breed. Alle wortels moeten erin verdwijnen. Heeft u een haagbeuk in pot gekocht, zorg dan dat de hele kluit in het gat kan staan. Wilt u een haag creëren, maak dan een geul over de lengte van de hele haag. Woel de aarde in de geul of het gat los en voeg desgewenst wat wortelgroeimiddel toe. Zet de boom in het gat, gooi de aarde terug en druk alles voorzichtig aan. Direct na het planten van de haagbeuk geeft u voldoende water. Blijf dit het eerste jaar ook nog doen.
Een haagbeuk vermeerderen is niet moeilijk. Dit kan door te stekken. U kunt het beste tussen juni en september een haagbeuk stekken, bijvoorbeeld tijdens het snoeien van de haagbeuk. U knipt takjes van vijf tot tien centimeter van 1-jarig hout. De onderkant kunt u in stekpoeder dopen en de stekjes vervolgens in een potje met stekgrond steken. U kunt ze ook bundelen en in de grond steken. Geef vervolgens water. In het opvolgende voorjaar zouden de stekken wortels moeten hebben en kunt u de haagbeuk verplaatsen naar een vaste standplaats in uw tuin.
De haagbeuk is een sterke boom en kan wel tegen stootje. Toch zijn er een aantal ziekten die schade aan kunnen richten. Meeldauw bijvoorbeeld. Deze schimmel kleurt het blad wit. De structuur is poederachtig. Als deze aantasting langdurig en hardnekkig is, zal ook de onderzijde van het blad eraan geloven. Deze ziekte treedt vaak op bij vochtige weersomstandigheden. Ongedierte kan eveneens schade aan de haagbeuk veroorzaken. Vooral de spanrups is dol op jong blad en spintmijt probeert vaak in de zomer sappen uit de bladeren te zuigen. Het gevolg is dat het blad kleur verliest en eerder afvalt dan normaal.
Ongedierte kunt u met water wegspuiten en aangetaste delen door schimmels verwijdert u. Ter bestrijding kunt u eventueel een biologisch bestrijdingsmiddel gebruiken. Wanneer u de haagbeuk tijdens de verzorging regelmatig controleert op schimmels of ongedierte, is er nog makkelijk iets aan doen.
Bekijk hieronder een overzicht van de verschillende soorten van de Haagbeuk en klik op de namen voor meer informatie over een specifieke soort.