Hazelaar is een heester uit de Corylaceae familie en het geslacht Corylus en er staat 1 soort Hazelaar in onze plantengids.
De bloeitijd van een Hazelaar ligt in februari en maart en de bloemen zijn geel van kleur.
De kleur van de bladeren is groen, deze heester is niet wintergroen en de volwassen hoogte is ongeveer 6 meter.
Gebruik de onderstaande links om snel door te gaan naar specifieke informatie op deze pagina:
De hazelaar is een heester met prachtige katjes. De lekkere hazelnoten zijn bij mens en dier geliefd. De struik heeft een wirwar van takken en twijgjes die groeien vanaf de wortel. Zowel jonge scheuten als oudere takken kunnen in een jaar flink groeien. Het snoeien van de hazelaar is daarom een belangrijk onderdeel van het onderhoud.
De beste tijd om de hazelaar te snoeien is eind februari of juni. Snoei in maart als u de heester mooi wilt modelleren. Takken die verder geen nut hebben voor de struik, bijvoorbeeld takken die vanuit de voet van de heester recht naar boven groeien, kunt u het hele jaar door wegknippen. Tijdens het snoeien van de hazelaar verwijdert u oude takken en dood hout. Ook kruisende takken kunt u van elkaar halen en wegknippen.
Bekijk de heester goed en snoei een derde van de takken gelijkmatig terug tot circa veertig centimeter van de grond. Knip wel altijd boven een naar buiten gerichte knop, zodat er weer jonge scheuten kunnen groeien. Voor het modelleren van de struik knipt u een aantal takken tot ongeveer vijftien centimeter terug. Bij een grote hazelaar kunt u meer terugsnoeien. Bij oudere struiken bevordert het snoeien van de hazelaar de notenoogst.
De verzorging van de hazelaar stelt weinig voor. De heester groeit goed op een kalkhoudende en matig voedselrijke, vochthoudende bodem. In de gemiddelde tuinaarde voelt de struik zich prima thuis. Het is aan te raden om jaarlijks een flinke laag compost rond de heester te strooien. Ook kunt u wat mest in de grond werken. De basisbemesting geeft u bij voorkeur in het voorjaar. De hazelaar is een winterharde heester.
Als de hazelaar groot genoeg is (meestal na een paar jaar) hoeft u geen water meer te geven. In de eerste jaren heeft de struik in droge periodes extra water nodig. U merkt dit vanzelf, want zodra de blaadjes in de ochtend slap hangen, is dit een teken dat de heester dorst heeft. De bloeitijd van de hazelaar is tussen januari en april. Er verschijnen dan gele, langwerpige katjes aan de struik. Een fleurig gezicht in de late wintermaanden. Hazelnoten kunnen in het najaar groeien.
Gaat u een hazelaar planten? Zorg dan voor een voedsel- en humusrijke bodem. De struik geeft de voorkeur aan vochthoudende grond op een goed drainerende ondergrond. De standplaats van de hazelaar is het liefst in de zon of half-zon. Halfschaduw kan ook, maar een lichte standplaats zorgt ervoor dat de hazelaar het beste floreert. De ideale tijd om een hazelaar te planten is tussen eind november en eind januari. De wortelontwikkeling kan dan starten tijdens de winter. Dit maakt een snellere start van de groei in het voorjaar mogelijk. Bij jonge hazelaars dient u tijdens warme, droge periodes in de zomer nog water te geven.
Een hazelaar vermeerderen is niet moeilijk. U kunt dit eenvoudig doen door te zaaien, af te leggen of door de hazelaar te stekken. Bij zaaien weet u nooit welke eigenschappen van de struik terugkomen. Bij het stekken van de hazelaar is het vrijwel zeker dat de dezelfde eigenschappen van de moederheester terugkomen.
Een hazelaar stekken doet u als volgt. Snoei enkele takken van de struik, bij voorkeur in het najaar of de vroege winter. Steek deze takjes diep in de aarde en houdt hierbij drie tot vier ogen boven de grond. Takjes die u tijdens de zomer afknipt voor het vermeerderen van de hazelaar kunt u laten wortelen met behulp van stekpoeder.
De hazelaar vermeerderen door deze af te leggen is ook een methode met veel resultaat. Doe dit in de periode van november tot maart. U gaat als volgt te werk. Buig enkele jonge scheuten naar de grond en zet deze vast zodat ze niet terug kunnen schieten. Laat de twijgjes voorlopig nog aan de moederheester vastzitten. Op de plaats waar ze de aarde raken, zullen ze wortelen en ontstaan nieuwe scheuten. U kunt de tak afsteken zodra de nieuwe scheuten zich goed ontwikkeld hebben en dan dus de nieuwe hazelaar verplaatsen.
De hazelnoot kan te maken krijgen met bladluizen. Deze zijn lastig, maar verdwijnen meestal vanzelf weer. Er zijn ook middelen verkrijgbaar ter bestrijding. Daarnaast zijn er nog enkele kevertjes die het vooral op het blad gemunt hebben. Ze vreten aan het blad of rollen het op. Een ander soort kever legt graag eitjes in de jonge hazelnoten. De larven eten dan het vruchtvlees op. Om dit te voorkomen, kunt u het beste in de herfst tijdens de verzorging van de hazelaar bladeren en afgevallen noten snel opruimen.
Bekijk hieronder een overzicht van de verschillende soorten van de Hazelaar en klik op de namen voor meer informatie over een specifieke soort.