Ruit (Thalictrum) is een plantengeslacht uit de Ranunculaceae familie. Voor dit geslacht van vaste planten staan er 16 verschillende planten in onze database.
Hieronder kunt u een overzicht bekijken van de planten in onze database die onder het plantengeslacht Ruit vallen.
Gebruik de onderstaande links om snel door te gaan naar specifieke informatie op deze pagina:
De ruit is een rijkbloeiende vaste plant met een elegant varenachtig blad en een veelheid aan kleine bloemetjes. De bloeitijd van de ruit is van juni tot en met augustus. Een wolk van kleine bloemetjes, in de kleuren wit, groen, geel of blauw violet zweeft dan op ongeveer een meter hoogte in uw tuin. Er zijn veel verschillende soorten thalictrum planten te koop. Sommigen worden niet hoger dan twintig centimeter, anderen kunnen anderhalve meter of hoger worden. In de zomer geeft de ruit uw tuin opvallende accenten. Ook de groengrijze bladeren zijn vanaf het voorjaar tot in de herfst zeer aantrekkelijk. De plant lokt vlinders en bijen naar uw tuin.
De ruit snoeien doet u in het voorjaar. U knipt de plant dan terug tot net boven de grond. Hiermee stimuleert u een nieuwe rijkelijke bloei. Na de bloei kunt u uitgebloeide bloemen uit de thalictrum knippen. Er volgt dan wellicht nog een nabloei. In de herfst verdwijnt het blad en in de lente haalt u afgestorven materiaal weg. Gebruik tijdens het snoeien van de ruit een scherpe snoeischaar. Dit voorkomt dat u de plant beschadigt en vatbaarder maakt voor ziekten en plagen. Daarnaast is het eveneens aan te raden om tuinhandschoenen te dragen wanneer u de ruit gaat snoeien. Aanraking met de blote huid kan soms een allergische reactie veroorzaken.
Qua onderhoud stelt de ruit weinig eisen. Het is een vrij makkelijke plant. Met een beetje aandacht tijdens de verzorging van de ruit, zult u lang plezier hebben van deze plant. De ruit wil niet te droog staan. Het is daarom belangrijk om langere, droge periodes extra water te geven. U houdt de grond vochtig met gemaaid gras of versnipperde boomschors. Het is beter om niet vlakbij boomwortels de thalictrum te planten, omdat die anders te weinig water overlaten voor de ruit, waardoor u vaker de plant moet begieten.
Na het snoeien van de ruit, in het voorjaar, kunt u direct de ruit bemesten. Geef de plant een goede organische basisbemesting en u wordt weer beloond met een rijke bloei. Staat de thalictrum op een winderige plek, dan is wellicht wat bescherming nodig voor de kwetsbare bloemstengels. U kunt natuurlijk ook de ruit verplaatsen naar een plekje uit de wind. De ruit is winterhard maar niet wintergroen. Dit betekent dat de plant onze winters prima aankan, maar wel ’s winters ondergronds gaat om in het voorjaar weer uit te lopen.
U kunt het beste in maart de ruit planten. Ook oktober is een prima maand voor het planten van de ruit. Vrijwel alle soorten thalictrum houden van een voedzame bodem die goed vocht vasthoudt. De ruit standplaats is bij voorkeur in de zon, maar lichte schaduw verdraagt de plant ook. De ruit doet het prima aan de rand van tuinvijvers of voor hagen waar ze half in de zon staan. In een border kunt u ook de ruit planten. Tip: plaats de ruit tussen een groep andere planten met een latere bloeitijd of tussen planten met een andere structuur, zoals een siergras. Dit zorgt voor extra lange kleureffecten in uw tuin. Gaat u meerdere thalictrum planten in uw tuin zetten, dan wordt een plantaantal van zeven tot negen stuks per vierkante meter geadviseerd. Na het planten van de ruit geeft u royaal water.
Door zaaien kunt u eenvoudig de ruit vermeerderen. Laat na de bloei de uitgebloeide bloemen zitten en oogst in het najaar het zaad als het volledig rijp is. Bewaar het zaad koel en droog en zaai het in het volgende voorjaar uit. Ruit kan ook zichzelf uitzaaien als u het zaad niet oogst. De jonge ruit stekken die dan uit de zaden tevoorschijn komen, kunt u vervolgens een plekje in uw tuin geven.
Een tweede manier van ruit stekken en vermeerderen is door de plant te scheuren. Doe dit om de vier tot zes jaar. Het duurt namelijk enkele jaren voordat de thalictrum zijn volledige hoogte weer heeft bereikt. De ruit vermeerderen door te scheuren doet u in het voor- of najaar. U graaft de plant met kluit uit en scheurt deze vervolgens in twee of meerdere delen. Ieder deel van de jonge ruit planten zet u terug in aarde. Ook nu geeft u goed water.
De ruit wordt niet of nauwelijks door plagen aangetast. Soms kan de schimmelziekte meeldauw optreden, vooral bij mild en vochtig weer. Deze schimmel laat een witte, poederachtige laag op de onderkant van het blad achter. Om verspreiding van deze ziekte te voorkomen, dient u aangetaste delen tijdens de verzorging van de ruit direct te vernietigen.